Geplaatst op Geef een reactie

9 april 2011

Een hectisch weekje zorgde ervoor dat ik maar
nauwelijks mijn voerschema vast kon houden en van vissen kwam er van de week al
helemaal niets. Vandaag moest het dan maar gebeuren maar ook nu zat er niet een
hele dag vissen in. Zowel Popke als ik hebben naast het vissen nog
beslommeringen genoeg op nazorg gebied en dies meer. De wind draaide naar de
noordhoek en dan weet je het vaak wel. Toch probeerden we het vandaag een uur
of vier op de aangevoerde stek. Schuilend tegen de koude wind was het in het
zonnetje goed toeven. Op de windkant kon de jas maar gevoeglijk aangetrokken
worden. Al snel kregen we de eerste aanbeten. In vlot tempo werden er
verschillende vissoorten gevangen: Brasem, blei, voorn, ruisvoorn en baars.
Maar van karper was niets te merken. Een andere (bijzondere) vangst waren twee
(schele) possen. Daar hebben we natuurlijk iets mee omdat de Friese naam Poask
is. Maar over de pos zou je een heel verhaal kunnen schrijven. Het woordje
schele wat ik tussen haakjes schreef geeft al aan dat het niet een populaire
vis is. Ik denk terug aan vroeger toen we in het Prinses Margriet kanaal bij
Grou op paling zaten te vissen. De pos was toen een “ergerlijke” bijvangst.
Meestal liep het met deze beestje niet al te best af. Maar het was voor mij
echt enkele jaren geleden dat ik twee possen achter elkaar ving. Waar zijn ze,
hoe gaat het eigenlijk met de pos, waren de gedachten die door mijn hoofd
dwaalden? Dat het nooit een populaire sportvis zal worden is duidelijk. Ze
worden niet groot, hebben nauwelijks vechtlust en hebben een aantal stekels die
je nijdig kunnen prikken. Eenmaal in de hand zet de pos zijn kieuwdeksels uit
om zich groter te doen lijken dan hij daadwerkelijk is. In het mooie zonlicht
straalt een schitterende kleurenspectrum van het visje af. Ik tracht het te
vangen met mijn camera maar realiseer me dat de twaalf miljoen pixels hiertoe
waarschijnlijk niet is staat zullen zijn. De scherpe randjes van het
kieuwdeksel mijdend leg ik het visje op mijn hand en maak een foto. Pos, post,
poask, schele pos, snotter poask, ruffe, pope, kaulbarsch, gremille en acerina.
Allemaal namen voor dit schitterende visje. De laatste vijf benamingen vind ik
in een culinair woordenboek. Er zullen dus vast recepten bestaan. Ik weet dat
ze als aas uitstekend zijn voor paling en snoekbaars maar omdat het een lid is
van de baarzen familie zullen ze vast ook wel te eten zijn. We vangen dus
vandaag geen karper. Besluiten het voeren nog een weekje vol te houden en keren
om half acht huiswaarts.

<!–
WriteFlash('’);
//–>

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *